zondag 14 juni 2009

Eruit breken en weer terug op je plaats

Na 40 km wandelen ben ik gister nog 45 km gaan fietsen. Dus ik had wel verwacht dat ik die mentale ballast ergens in de berm zou hebben afgeschud.

Het hielp wel, het lopen dwars door pijn en vermoeidheid en het absurd harde fietsen tegen de heuvels op (en oké, ook weer eraf). Dan vang ik ergens in de verte weer een glimp op van mijzelf. Alsof ik zowaar weer voel wie ik ben. En ervaar dan een sprankje vrijheid dat ik inmiddels al zo ben gaan missen.

Thuis was ik heerlijk moe--nee, kapót was ik!--van alle fysieke uitputting en ik kon zowaar slapen zonder roze pilletje.

De volgende ochtend is er nog maar een fractie over van deze winst. De spierpijn maakt nog wat goed, maar verder ben ik weer met lichaam en ziel beland onder die glazen stolp* die me zo ontzettend benauwt. Het is zo jammer dat mijn lichaam me beperkt, want het liefst fiets ik vandaag weer verder. Helaas regent het ook.


* Die metafoor in het boek van Maarten van Buuren "Kikker gaat fietsen: Over het leed dat leven heet." vond ik erg herkenbaar. Hij gaat overigens ook fietsen om onder die stolp uit te komen. Maar dan zeker 60km.

1 opmerking:

Knetter zei

Het leed dat leven leven heet.

Geweldig, hij zou van mij kunnen zijn!